Het belangrijkste kenmerk van een gymnasium is dat je er Latijn en Grieks krijgt. Bij ons op school heb je beide klassieke talen al vanaf klas 1 en doe je in minstens één van deze talen eindexamen. Door het vertalen krijg je inzicht in hoe een taal in elkaar zit: je moet teksten uit elkaar pluizen en omzetten naar goede Nederlandse zinnen. Bovendien helpt het je bij de grammatica van andere talen (de naamvallen bij Duits bijvoorbeeld) en zelfs bij wiskunde, waar je logisch moet nadenken, iets wat je ook bij vertalen moet doen. Wij horen regelmatig van oud-leerlingen dat ze als ze gaan studeren ontdekken hoe veel ze hieraan hebben gehad.

Een gymnasiumopleiding verbreedt ook je algemene ontwikkeling. Je begrijpt waarom het computervirus  “Trojan Horse” zo heet en hoe de driekoppige hond uit de Harry Potter boeken aan zijn naam komt.